SV | Maar Johanan, de zoon van Kareah, en al de oversten der heiren namen het ganse overblijfsel van Juda, die van al de heidenen, waar zij waren henengedreven, wedergekeerd waren, om in het land van Juda te wonen; |
WLC | וַיִּקַּ֞ח יֹוחָנָ֤ן בֶּן־קָרֵ֙חַ֙ וְכָל־שָׂרֵ֣י הַחֲיָלִ֔ים אֵ֖ת כָּל־שְׁאֵרִ֣ית יְהוּדָ֑ה אֲשֶׁר־שָׁ֗בוּ מִכָּל־הַגֹּויִם֙ אֲשֶׁ֣ר נִדְּחוּ־שָׁ֔ם לָג֖וּר בְּאֶ֥רֶץ יְהוּדָֽה׃ |
Trans. | wayyiqqaḥ ywōḥānān ben-qārēḥa wəḵāl-śārê haḥăyālîm ’ēṯ kāl-šə’ērîṯ yəhûḏâ ’ăšer-šāḇû mikāl-hagwōyim ’ăšer nidəḥû-šām lāḡûr bə’ereṣ yəhûḏâ: |
Maar Johanan, de zoon van Kareah, en al de oversten der heiren namen het ganse overblijfsel van Juda, die van al de heidenen, waar zij waren henengedreven, wedergekeerd waren, om in het land van Juda te wonen;
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Maar Johanan, de zoon van Kareah, en al de oversten der heiren namen het ganse overblijfsel van Juda, die van al de heidenen, waar zij waren henengedreven, wedergekeerd waren, om in het land van Juda te wonen;
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!